zondag 18 augustus 2013

Dochter

Mijn dochter is een jonge vrouw. Dat is helemaal niet raar om op te schrijven als je de vijftig bent gepasseerd. Maar als ik het zelf opschrijf, heb ik nog steeds moeite het te geloven. Ik ben inmiddels wel gewend aan het idee dat ik vader ben en dat mijn kinderen in sneltreinvaart opgroeien, maar dat het kleine hoopje vrolijkheid dat we in een oude emmer in bad deden nu een zelfstandige, zelfbewuste en mooie vrouw is vind ik nog steeds raar.



Ruim drie jaar geleden vertrok ze voor een jaar naar Shanghai. Een hele stap voor een beetje verlegen meisje, maar wat was ik trots op haar moed en avonturenzin. Het dametje dat twee jaar daarvoor nog geen brood bij de bakker in Frankrijk durfde bestellen ging nu in haar eentje bij een gezin in Shanghai wonen. Ze had het zelf geregeld via internet en om er zeker van te zijn dat ze niet naar een opiumkit of bordeel zou worden afgevoerd, ben ik haar weg gaan brengen.

Een jaar later kwam er een andere dochter thuis. Een jaar wonen en reizen in China had de door ons ingezette opvoeding wel voltooid. En hoewel ze heel loyaal in het co-ouderschapsritme heen en weer bleef pendelen tussen het huis van vader en moeder, was het duidelijk dat het definitief uitvliegen er aan zat te komen. Het klopte voor ons allemaal. Ik hoorde mezelf te vaak zeuren over kleren of opruimen en bemoeide me te veel met haar levensstijl.
Het was blijkbaar te lastig om dat ineens niet meer te doen, na twintig jaar knuffelen, liedjes zingen, grenzen aangeven en verzorgen.

Er kwam een kamer. Natuurlijk ging ik met verfkwast en gereedschapskist inspecteren in wat voor hol van verderf mijn kleine prinses terecht zou komen. Een laatste poging om mijn vaderlijke invloed nog te rekken. En toen was ze definitief weg. Geen spontane gesprekken meer over de diepere dingen van het leven. Geen muziek meer uitwisselen, niet meer samen huilen bij de film. De jonge vrouw, in wiens gezicht ik soms het mijne van vroeger terugzag ging een ander leven in. Vader had daarin nog maar een marginale rol. Maar vader was wel trots op de keuzes die ze maakte. Ze koos de studie waarover we 5 jaar eerder vol enthousiasme aan de eettafel mijn ervaringen hadden gedeeld. Een relatie en de moedige manier waarop ze de breuk ervan verwerkte. Een superspannende bestuursfunctie naast haar studie, waarin ze de laatste restjes verlegenheid kwijt raakte.


Mijn kleine verlegen tobbertje staat nu midden in het leven. En ik mis haar, hoe mooi het leven in Val Sinestra ook is. Gelukkig heb ik het mapje "muziek van Minke" nog op mijn computer staan.
En het lot heeft de helpende hand toegestoken. Om het missen te verzachten lopen hier een stuk of vijf reservedochters rond, waarmee ik door de bergen loop, muziek uitwissel, over films en boeken praat en over de zin van het leven en het al dan niet bestaan van de vrije wil. En over vaders, aanwezig of niet.
Eén van die reservedochters lijkt in persoonlijkheid ook nog eens verbazingwekkend veel op Minke en scheelt nog geen maand in leeftijd.

Maar toch is er maar één waarbij mijn hart gaat lachen als ik haar zie. Maar één op de wereld die ik soms al eerder begrijp dan ze het zelf doet en die mij begrijpt als geen ander. Eéntje van wie ik de pijn nog erger voel dan mijn eigen pijn. Eéntje waar ik achter sta, waar we ook in de wereld zijn.
En die dochter is helaas niet in Val Sinestra, maar gaat volgende week voor een half jaar naar Beijing.

Goeie reis, Mink. We zien elkaar bij een biertje in maart ofzo. Ik ben trots dat ik je vader mag zijn.