Eén van de gasten hier is Ton Lathouwers. Ton is een opmerkelijk man. Dat komt niet alleen door zijn zwarte haardos in jaren zestig Beatle stijl, wat je niet altijd ziet bij een man die de tachtig is gepasseerd, maar vooral door de vrolijkheid die hij uitstraalt en het enthousiasme dat om hem heen hangt.
Ton heeft studie gedaan naar Boeddha. Hij heeft dat zo grondig gedaan dat hij de 'meester' titel heeft gekregen en een Chinese naam. Maar die titel, daar zwijgt hij liever over. Ton houdt van communicatie van "hart tot hart" en ik heb ervaren wat hij daarmee bedoelt. Hij heeft hier een lezing gegeven over het Boeddhisme waar de meeste aanwezigen maar de helft van snapten. Maar hij deed het met een enthousiasme en liefde die indruk maakte.
Ik heb met Ton op mijn favoriete bankje gezeten, dat uitkijkt over het dal met in de verte de grote massa van de S-Chalambert (berg). Ik heb hem alle vragen kunnen stellen over het Boeddhisme die bij mij knaagden en we hebben ons samen verwonderd over de begrijpelijkheid en onbegrijpelijkheid van het leven en alles wat bestaat. Ton is geen zwever (hij heeft wiskunde en natuurkunde gestudeerd) en hij houdt niet van regeltjes die zeggen wat je wel en niet moet denken en doen. Zijn belangrijkste boodschap is 'vertrouw'. Vertrouw er op dat het goed komt, ondanks alle negatieve dingen in de wereld. En als je naast deze man zit op een bankje, dan ga je dat nog geloven ook.
Toen ik mijn rondje liep vanochtend, trapte ik bijna op een slak. Met een vreemd soort rondedansje kon ik het nog net voorkomen. Ik was opgelucht (de slak misschien nog wel meer), maar bedacht me dat er ook mensen zijn die er plezier in hebben om de slak juist kapot te trappen. Rare mensen vind ik dat en eigenlijk vind ik ook dat ze dat niet moeten doen.
Maar daarna realiseerde ik me dat ook die vernietigende kracht een plaats heeft in de wereld. Hier in het dal is de vernietiging overal aanwezig: lawinesporen, instortende berghellingen, omvallende bomen. En "kapot" is eigenlijk helemaal niet zo kapot als we misschien denken. Meestal ontstaat er weer iets moois op de ruïnes van wat kapot is gegaan. Je zou het ook kunnen zien als de overgang van het een naar het ander. Waar de boom stond komen nu paddestoelen tevoorschijn, waar de rots naar beneden is gevallen kan een beekje gaan stromen en de kapotte slak is een lekker hapje voor een kolonie mieren. Wel vervelend voor de boom, de rots en de slak, maar de wereld wordt er eigenlijk niet slechter door. Wel anders.
Ik hou zelf niet van kapotmaken. Ik schuif liever lichtvoetig tussen alles door, zonder al te veel sporen achter te laten. En dat lichtvoetige lukt ook al niet zo, vanwege die buik, jeweetwel.
Het belangrijkste lijkt dus niet dat alles "heel" blijft en het veroordelen van kapotmakers is dan ook niet helemaal terecht. Als er maar een beetje evenwicht blijft tussen de baanbrekers en de lichtvoetigen.
Het was een leuke gedachtenstroom om de dag mee te beginnen, maar Ton zal adviseren om dit allemaal met een korreltje zout te nemen. Al zullen we dat die slak maar besparen.